In een uitspraak van Hof ’s-Hertogenbosch (18 mei) gerelateerd aan de Schumacker-rechtspraak heeft belanghebbende toch gedeeltelijk zijn negatieve inkomsten uit eigen woning mogen aftrekken ondanks dat hij geen kwalificerend buitenlands belastingplichtige (kbb) is.
De Schumacker-rechtspraak ziet op het wegnemen van discriminatie die plaatsvindt tussen ingezetenen en niet-ingezetenen in de werkstaat. In het hieraan gerelateerde arrest van hof ’s-Hertogenbosch van 18 mei 2022 (ECLI:NL:GHSHE:2022:1574, 21/00740) woonde belanghebbende samen met zijn echtgenote in Frankrijk. Belanghebbende had een AOW-uitkering en een pensioen van het ABP. Op basis van Nederlandse wetgeving dienen de inkomsten van belastingplichtige voor 90% belast te zijn in Nederland om kbb te zijn. Als kbb kunnen aftrekposten zoals de negatieve inkomsten eigen woning in aftrek worden gebracht. Belanghebbende betaalde in Frankrijk geen belasting, waardoor in Frankrijk geen tegemoetkomingen of aftrekposten werden verleend. Echter in Nederland kwalificeerde belanghebbende niet voor kbb en kon hij dus ook niet in Nederland een tegemoetkoming of aftrekpost benutten.
Het Hof oordeelde dat Nederland het Schumacker-arrest op een onjuiste wijze in haar nationale wetgeving heeft verwerkt en dat Nederland toch gedeeltelijk tegemoetkoming moet bieden. Het Hof geeft aan dat het deel van tegemoetkoming volgt uit de verhouding: het belaste gezinsinkomen in de werkstaat gedeeld door het wereldinkomen. Het Hof heeft bij de uitspraak een stappenplan aangeboden hoe het tot zijn uitspraak is gekomen.
Mocht je naar aanleiding van het lezen van deze blog vragen hebben, kun je ons altijd contacteren. Wij helpen je graag.